Winkelstraten in Nederland zullen in de 1,5-meter-economie een stuk leger zijn.
Vergeleken met de situatie vóór de coronacrisis past straks nog maar een vijfde van de passanten in een winkelstraat, becijferde adviesbureau Goudappel Coffeng.
De verwachting is dat de 1,5-meter-economie geen kwestie van een paar maanden zal zijn.
De winkelstraten in Nederland kunnen nog tussen de 15 en 20 procent van hun oude passantencapaciteit aan als de 1,5 meterregel na het einde van de corona-maatregelen van kracht blijft, heeft het adviesbureau Goudappel Coffeng berekend met behulp van een simulatiemodel voor voetgangersstromen.
Volgens het adviesbureau komt dat neer op een doorstroom van tussen de 500 en de 550 personen per uur per meter breedte. Daarbij wordt er rekening mee gehouden dat mensen beide richtingen op lopen en 1,5 meter afstand van elkaar houden.
In drukke winkelstraten gaat dat op drukke dagen, bijvoorbeeld zaterdagen, tot problemen leiden.
Lieuwe Krol, adviseur bij Goudappel Coffeng, geeft de Kalverstraat in Amsterdam als voorbeeld. “Die is ongeveer 8 meter breed, waardoor er maximaal 4.400 mensen per uur doorheen kunnen lopen. Dat wordt al veel lastiger als er bijvoorbeeld wachtrijen vanuit de winkels op straat staan.”
Op een zaterdag passeerden voor de uitbraak van het nieuwe coronavirus een veelvoud van de 4.400 mensen per uur de Kalverstraat, stelt Krol.
Volgens hem zullen mensen daarom moeten worden omgeleid of tegengehouden. "Gemeenten zullen daar beleid voor moeten gaan maken en gaan bedenken hoe ze dat handhaven."
Ongeveer 11% van de economie valt weg in 1,5-meter-maatschappij
Een versoepeling van de strengste lockdownmaatregelen en de overgang naar een 1,5-meter-economie zullen sowieso tot grote veranderingen leiden.
De verwachting is dat de 1,5-meter-economie geen kwestie van een paar maanden zal zijn. Een terugkeer naar een genormaliseerde samenleving is waarschijnlijk pas mogelijk als er een effectief coronavaccin beschikbaar is dat op grote schaal wordt geproduceerd. Tot die tijd wordt het schipperen tussen de druk op de zorg beheersbaar houden en de economie zo goed en zo kwaad als het gaat weer op gang brengen.
Economen van Rabobank hebben een schatting gemaakt van de mate waarin het mogelijk is om werk vanuit huis op afstand te doen.
De conclusie is dat 84 procent van de banen uitgevoerd kan worden in de 1,5-meter-economie, waarvan 46 procent thuis en 38 procent buitenshuis. Dit betekent dus nog altijd dat 16 procent van de banen lastig uit te voeren is binnen de 1,5-meter-economie.
Rabobank heeft dit ook vertaald naar economische waarde en dan is de conclusie dat 89 procent van de economie kan draaien op 1,5-meter-basis, waarvan 43 procent vanuit huis. Dit betekent nog altijd een enorme klap, omdat 11 procent van de economie ‘wegvalt’ in de 1,5-meter-maatschappij.